Jaloezie

Iris van Spierenburg
06 okt 2014

Ik was een jaar of vijftien toen ik merkte jaloers te zijn op één van mijn beste vriendinnen. Niet jaloers om wie zij was of de kleding en spullen die zij had. Nee, ik was jaloers om iets heel anders. Zij had een vader. Een vader die nog bij haar moeder woonde. Een vader die er was, s’ avonds bij het eten of je hielp bij je huiswerk. Een vader bij wie je altijd terecht kon.
Wat kon ik genieten als ik daar bleef eten. Een vader en moeder aan dezelfde tafel. Gesprekken over ditjes en datjes. Flauwe grappen van haar vader over bijvoorbeeld jongens en alles wat bij de puberteit van een meisje komt kijken. Wat kon mijn beste vriendin daar slecht tegen. Ik daarentegen vond het geweldig.
Ik weet niet wat het is om op te groeien met een vader die thuis woont. Een vader en moeder, bij elkaar zonder ruzies. Ik miste een vader die stomme grapjes maakte en die thuis was als ik ging slapen. Ik miste MIJN vader.
En ook al was mijn vader er wel voor mij. Toch is het anders. Anders omdat hij niet bepaald om de hoek woonde en anders omdat hij er gewoonweg niet altijd kon zijn. Mijn ouders zijn gescheiden.
Dus het is anders en het voelt anders.

Michelle